Server opgeven


Hiermee wordt opgegeven hoe de server binnen Microsoft Lync wordt geïdentificeerd.

Als u deze beleidsinstelling inschakelt, moet u de servernaam opgeven die in Microsoft Lync wordt gebruikt.

Als u deze beleidsinstelling uitschakelt, wordt in Microsoft Lync een DNS-zoekopdracht gebruikt om de server te identificeren.

Als u deze beleidsinstelling niet configureert, kan de gebruiker kiezen voor automatische configuratie, of de servernaam opgeven in de gebruikersvoorkeuren van Microsoft Lync. Als u de gebruikersvoorkeuren wilt instellen, klikt u in het menu Extra van Microsoft Lync op Opties. Op het tabblad Persoonlijk klikt u binnen het gebied Mijn account in SIP-communicatie op Geavanceerd, selecteert u Instellingen configureren en typt u de servernaam in het veld Servernaam.

Opmerking: u kunt deze beleidsinstelling configureren onder Computerconfiguratie en Gebruikersconfiguratie, maar de beleidsinstelling onder Computerconfiguratie is bepalend.

Ondersteund op: Minimaal Windows Server 2008 R2 of Windows 7

Registry HiveHKEY_CURRENT_USER
Registry Pathsoftware\policies\microsoft\office\16.0\lync
Value Nameconfigurationmode
Value TypeREG_DWORD
Enabled Value1
Disabled Value0

DNS-naam van de interne server

Registry HiveHKEY_CURRENT_USER
Registry Pathsoftware\policies\microsoft\office\16.0\lync
Value Nameserveraddressinternal
Value TypeREG_SZ
Default Value
DNS-naam van de externe server

Registry HiveHKEY_CURRENT_USER
Registry Pathsoftware\policies\microsoft\office\16.0\lync
Value Nameserveraddressexternal
Value TypeREG_SZ
Default Value

lync16.admx

Beheersjablonen (computers)

Beheersjablonen (gebruikers)