Configureer het systeem om de TPM te wissen als deze niet de status Klaar voor gebruik heeft.

Deze beleidsinstelling configureert het systeem om de gebruiker te vragen de TPM te wissen als de TPM een andere status dan Klaar voor gebruik heeft. Dit beleid wordt pas geldig als de TPM van het systeem een andere status dan Klaar voor gebruik heeft, ook als de TPM 'Klaar voor gebruik, met verminderde functionaliteit' is. De vraag om de TPM te wissen wordt gesteld nadat het systeem opnieuw is opgestart, wanneer de gebruiker zich aanmeldt en alleen wanneer de aangemelde gebruiker deel uitmaakt van de groep Administrators voor het systeem. De vraag kan worden genegeerd, maar wordt na elke keer opnieuw opstarten weer gesteld totdat het beleid wordt uitgeschakeld of de TPM de status Klaar voor gebruik heeft.