Langzame verbindingsmodus configureren

Deze beleidsinstelling bestuurt de netwerklatentie en doorvoerdrempelwaarden dat computers van de klant bestanden en mappen doen overschakelen die al offline beschikbaar zijn in de langzame verbindingsmodus zodat de toegang van de gebruiker tot zijn gegevens niet gedegradeerd is wegens een traag netwerk. Wanneer Offlinebestanden in de langzame verbindingsmodus werkt, worden alle bestandsaanvragen gehonoreerd vanuit de cache van Offlinebestanden. Dit is vergelijkbaar met een situatie waarin de gebruiker offline werkt.

Als u deze beleidsinstelling inschakelt, werkt Offlinebestanden in de langzame verbindingsmodus als de netwerkdoorvoer tussen de client en de server lager (langzamer) is dan de drempelwaarde voor de doorvoer of als de retourlatentie hoger (langzamer) is dan de drempelwaarde voor de latentie.

U kunt de langzame verbindingsmodus configureren door drempelwaarden op te geven voor Doorvoer (bits per seconde) en Latentie (in milliseconden) voor specifieke UNC-paden. Het is raadzaam altijd een waarde op te geven voor Latentie, aangezien de retourlatentie van het netwerk sneller kan worden bepaald. U kunt jokertekens (*) gebruiken bij het opgeven van UNC-paden. Als u geen waarde opgeeft voor Latentie of Doorvoer, maken computers met Windows Vista of Windows Server 2008 geen gebruik van de langzame verbindingsmodus.

Als u deze beleidsinstelling niet configureert, worden gedeelde mappen op computers met Windows Vista of Windows Server 2008 niet overgeschakeld naar de langzame verbindingsmodus. Computers met Windows 7 of Windows Server 2008 R2 gebruiken de standaardlatentiewaarde van 80 milliseconden om een map over te schakelen naar de langzame verbindingsmodus. Op computers met Windows 8 of Windows Server 2012 wordt de standaardlatentiewaarde van 35 milliseconden gebruikt om een map over te zetten naar de langzame verbindingsmodus. Teneinde extra kosten voor abonnementen van mobiele telefoons of breedband te vermijden, kan het nodig zijn om de drempelwaarde voor latentie in te stelen op een lagere waarde dan de retournetwerklatentie.

Als in Windows Vista of Windows Server 2008 eenmaal is overgeschakeld op de langzame verbindingsmodus, kunnen gebruikers bewerkingen blijven uitvoeren in de langzame verbindingsmodus totdat de gebruiker op de Online werken-knop drukt op de werkbalk in Windows Explorer. Gegevens zullen enkel gesynchroniseerd worden naar de server als de gebruiker handmatig de synchronisatie start met het Synchronisatiecentrum.

In Windows 7, Windows Server 2008 R2, Windows 8 of Windows Server 2012 worden in de langzame verbindingsmodus de bestanden van de gebruiker regelmatig gesynchroniseerd op de achtergrond of zoals geconfigureerd met de beleidsinstelling 'Synchronisatie op achtergrond configureren'. Als de langzame verbindingsmodus actief is, wordt in Windows regelmatig de verbinding met de map gecontroleerd en wordt de map weer online geplaatst als de netwerksnelheid is verbeterd.

In Windows 8 of Windows Server 2012 wordt de latentiedrempel ingesteld op 1 ms zodat gebruikers altijd offline in de langzame verbindingsmodus kunnen werken.

Als u deze beleidsinstelling uitschakelt, wordt de langzame verbindingsmodus niet gebruikt op computers.

Hiermee kan de beheerder instellen wanneer er voor de opgegeven UNC-paden automatisch moet worden overgeschakeld naar de langzame verbindingsmodus.

Het UNC-pad moet u opgeven in de kolom Waardenaam. De drempels voor de doorvoersnelheid (in bits per seconde) en/of latentie (in milliseconden) kunt u opgeven in de kolom Waarde.

Voorbeelden:

Gebruik de volgende waarden als u de langzame verbindingsmodus ook wilt inschakelen wanneer de netwerkdoorvoersnelheid lager is dan 10000 bits per seconde en de netwerklatentie hoger is dan 50 milliseconden:

Waardenaam="*" Waarde="Throughput=10000, Latency=50"

Gebruik de volgende waarden als u de langzame verbindingsmodus wilt toepassen voor alle shares op een server met de naam 'server' wanneer de netwerklatentie hoger is dan 50 milliseconden:

Waardenaam="\\server\*" Waarde="Latency=50"

Gebruik de volgende waarden als u de langzame verbindingsmodus wilt toepassen voor de share met de naam '\\server\share' wanneer de doorvoersnelheid van het netwerk lager is dan 10000 bits per seconde:

Waardenaam="\\server\share\*" Waarde="Throughput=10000"

UNC-paden:

Registry Hive	HKEY_LOCAL_MACHINE
Registry Path	Software\Policies\Microsoft\Windows\NetCache\SlowLinkParams
Value Name	{number}
Value Type	REG_SZ
Default Value